Algemeen
Binnenkort wordt uw kind geopereerd aan de ogen. Tijdens deze operatie wordt het scheelzien (strabismus) bij uw kind zoveel mogelijk verholpen. De oogarts en orthoptist hebben u uitleg gegeven over deze ingreep. In deze folder vindt u meer informatie over de strabismusoperatie. In de folder '
Operatie van uw kind' vindt u adviezen over de voorbereiding van uw kind op de operatie en over de gang van zaken op deze dag.
Scheelzien
Scheelzien of strabismus houdt in dat beide ogen niet in dezelfde richting kijken. Er bestaan verschillende vormen van scheelzien. In de folder '
Scheelzien' vindt u hier meer informatie over.
Strabismusoperatie
Vaak is het mogelijk om strabismus met een operatie te corrigeren. Het doel van de operatie is om de oogstand te verbeteren en daarmee de eventuele klachten van de afwijkende oogstand te verminderen. In sommige gevallen wordt de samenwerking tussen de ogen beter door een operatie.
Een strabismusoperatie is een operatie aan de spieren die voor de oogbewegingen zorgen. De hersenen en de ogen zorgen samen voor het recht kunnen zien.
Voorbereiding op de operatie
Voor de operatie gelden de volgende voorbereidingen:
- Uw kind komt minimaal 3 keer bij de orthoptist om de oogstand te beoordelen en om te bepalen of de oogstandafwijking stabiel is.
- Wanneer uw kind een scheelzien operatie krijgt, geeft de orthoptist volledige uitleg over de operatie.
- Tijdens een vervolgconsult kijkt de operateur mee voor het definitieve plan voor de operatie. Wij verzoeken beide ouders/verzorgers mee te komen naar dit consult, omdat beide ouders/verzorgers akkoord moeten gaan met een strabismusoperatie. De orthoptist en/of operateur bespreekt het operatieplan met u. Hierna wordt uw kind definitief op de wachtlijst geplaatst.
- U krijgt een recept voor antibiotica oogdruppels van de orthoptist. Deze oogdruppels zijn voor na de operatie. U kunt deze oogdruppels alvast ophalen bij de apotheek.
- De secretaresse van de polikliniek Oogheelkunde neemt ruim van tevoren contact met u op om een operatiedatum in te plannen.
Afspraak op het pre-operatief spreekuur op de Kinderdagverpleging
Ongeveer twee weken voorafgaand aan de operatie wordt u samen met uw kind verwacht op het pre-operatief spreekuur op de Kinderdagverpleging (route 101). Het is aan te raden dat de ouder die op de dag van de operatie bij uw kind is, ook degene is die meekomt naar het pre-operatief spreekuur. Het is niet gewenst dat er broertjes/zusjes meekomen naar het pre-operatief spreekuur.
Dit spreekuur verloopt als volgt:
- Een kinderverpleegkundige stelt een aantal vragen en weegt uw kind. Daarnaast krijgt u informatie over de dag van opname.
- Een medisch pedagogisch zorgverlener geeft vervolgens uitleg over wat er gaat gebeuren tijdens de opname en vertelt hoe het gaat op de operatiekamer. Deze uitleg vindt plaats aan meerdere kinderen en ouders tegelijkertijd. Kinderen vanaf ongeveer twee jaar krijgen een koffertje met informatie mee. Dit kan uw kind samen met u thuis bekijken en eventueel naspelen met poppen of knuffels. Oudere kinderen en jongeren krijgen uitleg met leeftijdsgenoten aan de hand van een powerpointpresentatie en kunnen indien gewenst een fotoboek lenen.
- Als uw kind thuis medicijnen gebruikt en dit nog niet bekend is in het ziekenhuis of er iets in het medicijngebruik is gewijzigd, dient u dit door te geven bij de apothekersassistente (route 82).
- Indien nodig of als u dit zelf wenst, is er aansluitend een afspraak met de anesthesioloog.
Meer informatie over de voorbereiding op de operatie vindt u in de folder ‘
Operatie van uw kind’.
Verloop van de operatie
Een strabismus operatie is een dagbehandeling. Het is zelden nodig om na de operatie een nacht in het ziekenhuis te blijven.
De operatie vindt plaats onder algehele verdoving (narcose) en duurt ongeveer 60 minuten.
De oogarts verplaatst de oogspieren zodat de balans tussen de ogen verandert. Omdat de spiertjes aan de buitenkant van de oogbol zitten, hoeft de arts niet in de oogbol zelf te opereren. Vaak is één operatie voldoende om een rechte oogstand te krijgen, soms zijn er meer operaties nodig. De oogstand kan namelijk nog veranderen in de loop van de tijd.
Narcose
Kinderen tot zes jaar krijgen in principe narcose door middel van een kapje. Kinderen ouder dan zes jaar mogen hun voorkeur aangeven voor een kapje of een prikje. De manier waarop de narcose wordt toegediend is besproken tijdens het pre-operatief spreekuur.
Infuus
Uw kind krijgt tijdens de operatie een infuus in de hand of arm. Dit is een dun slangetje in een bloedvat (een venflon) dat via een lange slang verbonden is met een vloeistofzak. Om de hand/arm waar de venflon in zit, doet de kinderverpleegkundige een verbandje. Na de operatie blijft de venflon in de hand of arm zitten om eventueel een snelwerkende pijnstilling toe te dienen.
Na de operatie
De oogarts komt meestal direct na de operatie bij u in de wachtruimte van de uitslaapkamer. Hier vertelt de arts hoe de operatie is verlopen.
Na de operatie zijn de ogen van uw kind rood en gevoelig. Soms heeft uw kind moeite met het openhouden van de ogen. Daarnaast kan er wat bloederig vocht uit de ogen en/of neus komen. Ook kunnen de ogen wat trekkerig aanvoelen en kunnen de oogleden van uw kind wat opgezet zijn. Dit is normaal. Meestal verdwijnen deze klachten na een paar dagen vanzelf.
Uw kind kan de eerste paar dagen dubbelzien doordat de ogen aan de nieuwe oogstand moeten wennen. Hierbij kan uw kind wat oriëntatieproblemen hebben, bijvoorbeeld naast een stoel gaan zitten of tegen iets oplopen. Dit verdwijnt meestal na een paar dagen vanzelf.
Naar huis
Als alles goed gaat mag uw kind twee uur na terugkomst op de afdeling naar huis. De kinderverpleegkundige verwijdert de venflon bij uw kind voordat hij/zij naar huis gaat.
U heeft al een afspraak bij de orthoptist binnen een week na de operatie. De orthoptist controleert dan op de polikliniek Oogheelkunde de ogen van uw kind.
Weer thuis
Eten en drinken
Thuis mag uw kind voorzichtig weer eten en drinken (vla, yoghurt, beschuit). Gaat dit goed, dan kan uw kind weer gewoon eten en drinken. Bij aanhoudende misselijkheid is het verstandig de volgende dag de huisarts te raadplegen.
Oogdruppels
Start bij thuiskomst met de oogdruppels bij uw kind volgens de gebruiksaanwijzing. Gebruik de oogdruppels tot een week na de operatie. Als het oog erg rood is gebruikt u de oogdruppels tot twee weken na de operatie. De oogdruppels zorgen ervoor dat ontstekingen worden tegengegaan.
Soms geeft de oogarts nog extra zalf mee voor na de operatie. Deze zalf kunt u 's avonds gebruiken
in plaats van een oogdruppel.
Oogoefeningen
Om zo goed mogelijk effect te hebben van de operatie, is het van belang dat u na de operatie oogoefeningen doet met uw kind. Deze worden voor de operatie aan u en uw kind uitgelegd door de orthoptist.
Overige adviezen
Om de ogen van uw kind goed te laten genezen, raden wij u aan om thuis onderstaande adviezen op te volgen:
- Probeer wrijven in de ogen de eerste dagen zoveel mogelijk te vermijden. Laat uw kind voor het slapen gaan de handen wassen. Wrijft uw kind tijdens het slapen toch in de ogen, dan komt er geen vuil in.
- Reinig geïrriteerde ogen met een watje met lauw gekookt water.
- Bij pijn kunt u uw kind paracetamol geven. De hoeveelheid is afhankelijk van de leeftijd en het gewicht van uw kind. Geeft u voorlopig geen middelen die acetylsalicylzuur bevatten, zoals Aspirine, Acetosal, enzovoort.
Naar school
Zodra uw kind zich goed voelt mag hij/zij weer naar school. In verband met infectiegevaar is spelen in de zandbak en zwemmen de eerste drie weken niet toegestaan. Uw kind mag wel gewoon naar buiten.
Problemen/vragen na de operatie
Heeft u naar aanleiding van de operatie vragen of heeft uw kind medische zorg nodig, neemt u dan contact op met het secretariaat van de polikliniek Oogheelkunde, bereikbaar op telefoonnummer (0314) 32 96 14. Buiten kantoortijden en in het weekend kunt u contact opnemen met de dienstdoende arts via (0314) 32 99 11.
Indien het behandeltraject in het ziekenhuis al is beëindigd, dan kunt u met vragen en problemen contact opnemen met uw huisarts.
Resultaat van de operatie
Het resultaat van de operatie is nooit helemaal te voorspellen. De spieren en het aansturen van de spieren werkt bij iedereen iets anders.
Heel soms heeft de operatie te weinig effect. Het oog wijkt nog steeds af, maar iets minder erg. Soms heeft de operatie te veel effect. Dit betekent dat het scheelzien na de operatie doorschiet naar de andere kant. Dit kan snel na de operatie duidelijk worden, maar kan ook een paar maanden duren.
Het resultaat van een operatie is pas volledig te beoordelen na drie maanden. Mocht het resultaat van de operatie niet voldoende zijn, kan de orthoptist een aanvullende operatie adviseren.
Vragen
Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, stel deze dan voordat uw kind wordt opgenomen. U kunt hiervoor bellen met de medewerkers van de polikliniek Oogheelkunde. Zij zijn op werkdagen van 09.00 tot 16.00 bereikbaar op telefoonnummer (0314) 32 96 14.
Nederlandse Vereniging van Orthoptisten (NVvO)
Wilt u meer weten over orthoptische aandoeningen? Op de website van de Nederlandse Verenigingen van Orthoptisten vindt u meer informatie:
www.orthoptie.nl.
Hoe gaan wij om met vertrouwelijke gegevens van uw kind
Zodra uw kind in het ziekenhuis komt, leggen wij persoonlijke gegevens over hem/haar digitaal vast. Die gegevens zijn geheim. Alleen de arts die uw kind behandelt en de zorgverleners die bij de behandeling betrokken zijn mogen deze gegevens inzien. U mag de gegevens van uw kind inzien als uw kind jonger is dan 12 jaar. Is uw kind 12 jaar of ouder, dan moet uw kind hiervoor toestemming geven.
Het ziekenhuis is verplicht om de kwaliteit van zorg te bewaken en verbeteren. Daarom kan het nodig zijn om gegevens te verstrekken aan personen binnen of buiten het ziekenhuis. Het verstrekken van gegevens is aan wettelijke regels gebonden (zie het 'Privacyreglement Patiënten', vraag ernaar bij uw zorgverlener). De kinderartsen vinden dat ook artsen die werkzaam zijn bij het consultatiebureau alle belangrijke medische informatie over uw kind moeten hebben. Deze informatie wordt daarom standaard doorgestuurd aan de arts van het consultatiebureau en zo nodig de schoolarts. Mocht u hier bezwaar tegen hebben, dan kunt u dat mondeling én schriftelijk kenbaar maken bij de kinderarts die uw kind behandeld.
Daarnaast kunnen de huisarts, de huisartsenpost en de apotheker een samenvatting van de medische gegevens inzien bij spoedeisende zorg buiten praktijkuren. Meer informatie kunt u lezen in de folder '
Uw rechten en plichten als patiënt'. Deze folder kunt u raadplegen op www.slingeland.nl (klik op: Patiënteninfo > Folders).