Logo Slingeland Ziekenhuis.
 
Klik op deze knop om alle folders te doorzoeken.Zoek folders
Klik op deze knop om dit document te printen.Print pagina
Klik op deze knop om dit document als PDF te downloaden.Download PDF
Klik op deze knop om de tekstgrootte te vergroten.Grotere tekst
Klik op deze knop om de tekstgrootte te verkleinen.Kleinere tekst

PiMS folder informatie logo

Kindergeneeskunde

Plasdagboek - pipo-poli

Plasdagboek - pipo-poli

De knop om deze folder als favoriet te markerenFavorietDe knop om deze folder per email door te sturen.Stuur door



Pipo-poli

Kindergeneeskunde
Slingeland Ziekenhuis




rennen toilet


Deze informatiewijzer is eigendom van:

Naam:

Telefoonnummer:

E-mailadres:


Bij verlies wordt de vinder vriendelijk verzocht contact op te nemen met de eigenaar van dit boekje.






Dit plasdagboek is mede tot stand gekomen dankzij de medewerking van het UMC Utrecht.
Illustraties: Ellen Moorman, www.ideeuniek.nl/ellen.

Namen en telefoonnummers Pipo-team


Kinderartsen:

M.W.M. Eling
Mw. M.A.M. Jacobs
Mw. I. Hendriksen
Telefoon: (0314) 32 95 92

Urologen:

Mw. E. Remijn
Telefoon: (0314) 32 95 72

Kinderpsycholoog:

Mw. K. van Haren
Telefoon: (0314) 32 91 55

Kinderurotherapeut:

Mw. A. van Maanen
Telefoon: (0314) 32 95 72

Kinderbekkenfysiotherapeut:

Telefoon: (0314) 32 95 83
Mw. M. Smans

Medisch pedagogisch zorgverleners:

Mw. M. Burgers
Mw. A. Colenbrander
Mw. M. Luiten
Telefoon: (0314) 32 95 96

Voor de ouders


Inleiding

Uw kind start binnenkort met een blaastraining. Het Pipo-team van het Slingeland Ziekenhuis begeleidt uw kind hierbij. Tijdens de training is een positieve en stimulerende houding van ouders belangrijk. De training heeft meer kans van slagen als uw kind goed gesteund en gemotiveerd wordt. Dat is een kunst op zich.

De ervaring leert dat ouders dit best moeilijk vinden na alles wat zij al eerder met hun kind geprobeerd hebben. Daarom krijgt u adviezen over hoe u zich als ouder het beste kunt opstellen.

Inzet van uw kind

Een blaastraining is een intensieve training. Er wordt veel van uw kind gevraagd wat betreft inzet, concentratie, motivatie en doorzettingsvermogen. Veel kinderen ontwikkelen in de loop van de tijd een ontwijkende houding. Zij negeren de signalen van de blaas en nemen een onverschillige houding aan als zij bijvoorbeeld nat zijn. Dit komt doordat ze tot nu toe ervaren hebben dat hun eigen inspanningen niet effectief zijn. Ze doen daarom alsof het probleem niet bestaat, want dan hebben zij er minder last van. Het is een soort overlevingsstrategie geworden.

In het trainingsprogramma is het belangrijk dat uw kind deze ontwijkhouding loslaat. Door middel van trainingsinstructies geven wij uw kind handvatten om het probleem op te lossen, in plaats van het te ontwijken.

Trainingsinstructies

De kinderurotherapeut heeft uitgelegd hoe de blaas werkt, wat plassen is en wat het specifieke blaasprobleem van uw kind is. Als uw kind begrijpt hoe het werkt, is hij over het algemeen meer gemotiveerd om er iets aan te doen. De training bestaat uit verschillende onderdelen. Centraal staat steeds:
Het kan per kind verschillen welk trainingsonderdeel het belangrijkste is. In principe is uw kind thuis zo zelfstandig mogelijk met de training bezig. Uw kind kan echter wel wat hulp gebruiken om het op de lange termijn vol te houden. De één heeft daarbij wat meer hulp en controle nodig van u als ouder, dan de ander. Dit is onder andere afhankelijk van de leeftijd en/of de mogelijkheden van uw kind.

Supportersrol

Wij vragen u tijdens de training de rol van supporter aan te nemen. Het is net als bij sport; moedig uw kind aan om het zo goed mogelijk te doen. Hierbij is een positieve instelling erg belangrijk. Het kan zijn dat u door vele negatieve ervaringen niet meer in een goed resultaat gelooft. Uw kind merkt dat en kan hierdoor misschien de moed verliezen. Ga er daarom juist vanuit dat het gaat lukken en laat dit ook merken. Geef uw kind complimentjes als het goed gaan, maar steun uw kind ook als het een keer niet goed gaat, door bijvoorbeeld te zeggen: ‘Hou vol, morgen beter!’

Niet naar de wc sturen

Trainen wil ook zeggen: ‘leren luisteren’ naar de signalen van je blaas en op tijd naar de wc gaan. Uw kind moet daar goed op letten, zelf leren voelen en zelf (gaan) beslissen wanneer hij naar de wc gaat. U mag uw kind daarom niet meer naar de wc sturen. Wel mag u uw kind helpen eraan te denken. Vraag af en toe aan uw kind ‘1-2-3?’. Uw kind denkt dan:’Moet ik wel of moet ik niet?’. Na uw vraag moet uw kind goed nadenken en voelen en dan zelf beslissen of hij wel of niet gaat plassen.

Toch nat

Zoals afgesproken moet uw kind zelf bij ieder toiletbezoek de onderbroek controleren of deze nog droog is. U kijkt steekproefsgewijs mee. Een plek in de onderbroek groter dan een munt van 2 euro rekenen wij als nat. U bent hierbij de scheidsrechter. Praat samen met uw kind over wat er misging. Bijvoorbeeld: ‘Wat was je aan het doen, lette je goed op de seintjes van je blaas, denk je aan de training of vergeet je het?’. Ga er vanuit dat dit een leermoment is. Als uw kind begrijpt hoe het komt, kan hij er wat van leren en proberen het een volgende keer anders aan te pakken. Zo kan een natte broek voorkomen worden. Spreek uw kind niet bestraffend toe. Pep hem juist op om vol goede moed door te gaan.

School

Licht de leerkracht in en maak speciale afspraken over het naar het toilet gaan op school. U kind moet meteen naar het toilet kunnen als het aandrang heeft.

Afsluiten van een trainingsdag

Iedere avond bespreekt u het plasdagboek met uw kind. U schrijft er iets positiefs bij, bijvoorbeeld: ‘Je bent een kanjer, super, we zijn trots op je.’ Ook als uw kind die dag nat was, schrijft u iets bemoedigends, bijvoorbeeld: ‘Morgen opnieuw proberen, zet ‘m op!’ Het iedere dag nabespreken van de trainingsdag en uw stimulans zijn heel belangrijk. Van alleen lijsten invullen leert uw kind niet veel. Ook wordt uw kind door uw positieve steun gemotiveerd om het langer vol te houden. Zo blijft uw kind in een ‘trainingssfeer’.
In de topsport presteert men tenslotte ook beter wanneer de supporters enthousiast toejuichen en blijven ondersteunen, ook al wordt er een wedstrijd verloren.

Wat te doen bij problemen?

Er kunnen zich diverse problemen voordoen tijdens de blaastraining. Hieronder vindt u een aantal veelvoorkomend problemen met adviezen hoe u het beste kunt handelen.

Toiletbezoek

Uw kind wil niet naar het toilet gaan, terwijl u het idee heeft dat hij wel moet plassen.

Advies:

1-2-3

Uw kind raakt geïrriteerd en zegt al ‘nee’ voordat hij nagedacht heeft of hij moet plassen.

Advies: grijp terug naar de afspraken met de trainster.

Lijsten invullen

Uw kind vergeet steeds de lijsten in te vullen en noteert alles aan het einde van de dag.

Advies: evalueer de dagdelen apart en neem de spelregels nog eens samen door.

Wel of niet nat?

Een flinke natte plek is opgedroogd.

Advies: ruik of het urine is. Reken het deze keer als twijfelgeval. Spreek af dat het de volgende keer wel als nat gerekend wordt. Bespreek met uw kind dat de natte broeken eerlijk op de lijst genoteerd worden. Als uw kind natte broeken negeert, leert hij niet van de training.

Terugval

Na een periode van dagelijks droge broeken en het op tijd naar het toilet gaan, kan uw kind terugvallen in plasongelukjes. Dit kan optreden bij spannende momenten. Zoals:
U kunt deze terugval het beste opvangen door:

Algemeen advies

Ga geen strijd aan met uw kind. Wijs uw kind op de afspraken met de urotherapeut. Maak een afspraak met uw kind dat bij een volgend contact het dilemma aan de urotherapeut wordt voorgelegd.

Wanneer u graag tussentijds iets wilt bespreken, kunt u ons ook bellen. Het telefoonnummer van de kinderurotherapeut is (0314) 32 95 72.

Wij wensen u veel succes!


Hoe gaan wij om met vertrouwelijke gegevens van uw kind

Zodra uw kind in het ziekenhuis komt, leggen wij persoonlijke gegevens over hem/haar digitaal vast. Die gegevens zijn geheim. Alleen de arts die uw kind behandelt en de zorgverleners die bij de behandeling betrokken zijn mogen deze gegevens inzien. U mag de gegevens van uw kind inzien als uw kind jonger is dan 12 jaar. Is uw kind 12 jaar of ouder, dan moet uw kind hiervoor toestemming geven.

Het ziekenhuis is verplicht om de kwaliteit van zorg te bewaken en verbeteren. Daarom kan het nodig zijn om gegevens te verstrekken aan personen binnen of buiten het ziekenhuis. Het verstrekken van gegevens is aan wettelijke regels gebonden (zie het 'Privacyreglement Patiënten', vraag ernaar bij uw zorgverlener). De kinderartsen vinden dat ook artsen die werkzaam zijn bij het consultatiebureau alle belangrijke medische informatie over uw kind moeten hebben. Deze informatie wordt daarom standaard doorgestuurd aan de arts van het consultatiebureau en zo nodig de schoolarts. Mocht u hier bezwaar tegen hebben, dan kunt u dat mondeling én schriftelijk kenbaar maken bij de kinderarts die uw kind behandeld.

Daarnaast kunnen de huisarts, de huisartsenpost en de apotheker een samenvatting van de medische gegevens inzien bij spoedeisende zorg buiten praktijkuren. Meer informatie kunt u lezen in de folder 'Uw rechten en plichten als patiënt'. Deze folder kunt u raadplegen op www.slingeland.nl (klik op: Patiënteninfo > Folders).

illustratie groot glas twee kinderen drinken


Foldernummer: 1758-nov-24