Inleiding
Voor iedere behandeling die u in het ziekenhuis krijgt is uw toestemming nodig (mondeling of schriftelijk). In sommige gevallen kan de arts u niet om toestemming vragen, bijvoorbeeld als u niet bij bewustzijn bent. Als u van tevoren uw wensen kenbaar maakt, kan de arts ook in situaties waarin u geen toestemming kunt geven, hier rekening mee houden. Als u niets overlegt en vastlegt, krijgt u de behandeling die uw medisch specialist en uw eventuele vertegenwoordiger (bijvoorbeeld uw partner) passend vinden.
Indien u aangeeft in bepaalde situaties niet behandeld te willen worden, noemen we dit een behandelbeperking. Een voorbeeld van een behandelbeperking is dat u niet gereanimeerd wilt worden als u een hartstilstand krijgt.
Wij vinden het zeer belangrijk dat onze patiënten op de hoogte zijn van de mogelijkheid om behandelbeperkingen te bespreken en vast te leggen. Daarom vragen we aan iedereen van 16 jaar en ouder die in ons ziekenhuis wordt opgenomen, te overwegen of behandelbeperkingen gewenst zijn.
In deze folder vindt u informatie over wel of niet reanimeren en noemen we in het kort een aantal andere behandelbeperkingen. Ook leest u wat u moet doen om behandelbeperkingen vast te laten leggen in het ziekenhuis.
Behandelbeperkingen al vastgelegd
Als uw behandelbeperkingen al zijn vastgelegd in het Slingeland Ziekenhuis, hoeft u deze uiteraard niet nogmaals kenbaar te maken. Als u wijzigingen wilt aanbrengen in eerder vastgelegde behandelbeperkingen, dient u dit opnieuw kenbaar te maken.
Als uw behandelbeperkingen al wel bij uw huisarts zijn vastgelegd maar nog niet in het ziekenhuis, raden wij u aan deze ook te bespreken met uw medisch specialist.
Mijn Slingeland
Wilt u weten of in het Slingeland Ziekenhuis bekend is welke behandelbeperkingen u wenst? Dit kunt u nagaan in het zorgportaal Mijn Slingeland. Meer informatie:
www.mijnslingeland.nl.
Reanimeren
Iedere patiënt die in ons ziekenhuis een hartstilstand krijgt wordt in principe gereanimeerd. In het Slingeland Ziekenhuis is een reanimatieteam aanwezig. Dit team is snel ter plekke als een reanimatie nodig is.
Maar niet iedereen wil gereanimeerd worden. Bijvoorbeeld als de levensverwachting kort is, vanwege religieuze overwegingen of als er een groot risico is op blijvende schade na een reanimatie.
Wel of niet reanimerenEen reanimatie kan een leven redden. Het is alleen niet altijd succesvol. De hartslag kan weer op gang komen, maar het kan zijn dat de hersenen te lang geen zuurstof hebben gehad. Daardoor kan een hersenbeschadiging ontstaan. Ook kan iemand in coma raken.
Als u ouder wordt en/of ernstig ziek bent, wordt de kans dat u een hartstilstand overleeft steeds kleiner. Voor iemand die jonger en/of gezonder is, zijn de kansen beter.
Om een goede afweging te kunnen maken voor uw eigen situatie, kunt u dit bespreken met uw medisch specialist. Wij raden u aan om ook uw naasten te betrekken bij het maken van uw keuze.
Kenbaar maken van uw keuze Als u besluit niet gereanimeerd te willen worden, dient u een afspraak te maken met uw medisch specialist. Dan kunt u uw wens toelichten. Vervolgens legt de medisch specialist uw wens vast in uw medisch dossier. Zo kan iedere zorgverlener in het Slingeland Ziekenhuis zien dat u niet gereanimeerd wilt worden.
Als u wel gereanimeerd wilt worden, hoeft u niets te doen. |
Uitzonderingen
Er zijn twee situaties waarin er van uw keuze afgeweken kan worden.
- Bij zinloos of kansloos medisch handelen
Een medisch specialist mag volgens de wet niet zinloos of kansloos reanimeren. Dat wil zeggen dat de medisch specialist niet mag reanimeren als: - de kwaliteit van leven na de reanimatie door de arts wordt beoordeeld als niet in het belang van de patiënt en niet in verhouding met de wensen van de patiënt. Bijvoorbeeld als de gezondheid van een patiënt te zwak is waardoor een reanimatie te zwaar is. De toestand van de patiënt zou na een reanimatie niet verbeteren maar verslechteren;
- er een zeer geringe of geen kans van slagen is.
Als uw medisch specialist vindt dat reanimatie medisch zinloos of kansloos is, bespreekt hij/zij dit met u. Ook wordt dit genoteerd in uw medisch dossier.
- Bij onderzoeken of behandelingen die een hartritmestoornis kunnen uitlokken
Sommige onderzoeken of behandelingen kunnen een hartritmestoornis (en dus ook een hartstilstand) uitlokken. Deze onderzoeken en behandelingen vinden plaats terwijl uw hartritme voortdurend wordt bewaakt. Dit is bijvoorbeeld het geval bij een fietstest / inspanningsonderzoek, een hartkatheterisatie of een chirurgische ingreep onder narcose. Als u tijdens zo’n onderzoek of behandeling een hartstilstand krijgt, is de kans dat een reanimatie succesvol is, groter.
Als u heeft aangegeven dat u niet gereanimeerd wilt worden in het ziekenhuis, bespreekt de medisch specialist voorafgaand aan zo’n onderzoek of behandeling met u of u in dat geval toch gereanimeerd wil worden. De uitkomst van dit gesprek wordt vastgelegd in het dossier.
Andere behandelbeperkingenNaast dat u kunt aangeven dat u niet gereanimeerd wilt worden, kunt u ook afspraken maken over andere behandelbeperkingen. Een aantal voorbeelden zijn:
- geen beademing (de ademhaling niet laten overnemen door een beademingsmachine);
- geen opname op de Intensive Care of Hartbewaking;
- geen nierdialyse;
- geen operaties;
- geen transfusie met bloed of bloedproducten;
- geen antibiotica;
- geen levensverlengende behandelingen, alleen behandeling die gericht is op comfort (zoals pijnbestrijding).
Overdracht aan huisarts/verpleeghuisartsZodra u na een opname in het ziekenhuis weer naar huis mag, geeft de medisch specialist de door u aangegeven behandelbeperkingen ook door aan uw huisarts/de verpleeghuisarts. Wel raden wij u aan om uw keuze ook zelf te bespreken met uw huisarts/verpleeghuisarts zodat u deze kunt toelichten.
Geldigheid van uw keuzeUw keuze blijft geldig tot u aangeeft dat u van mening bent veranderd. U kunt op ieder moment een wijziging doorgeven bij uw medisch specialist en huisarts.
WilsverklaringEen goede manier om behandelbeperkingen kenbaar te maken, is via een wilsverklaring. In een wilsverklaring vermeldt u zo precies en duidelijk mogelijk wat u wel en niet wilt. Zet uw naam, datum en handtekening eronder en maak een kopie voor uw huisarts, medisch specialist en naasten. Op deze manier zijn diverse mensen in uw omgeving op de hoogte van uw wensen. Wij raden u aan om deze wilsverklaring altijd te bespreken met uw naasten, uw huisarts en uw medisch specialist.
U kunt een wilsverklaring zelf maken of gebruikmaken van een Standaard wilsverklaring van een organisatie, bijvoorbeeld van de Nederlandse Vereniging voor Vrijwillig Levenseinde (NVVE) of de Stichting Zorgverklaring. U hoeft niet naar de notaris om uw wilsverklaring vast te leggen.
VertegenwoordigerEen vertegenwoordiger is iemand die voor u beslissingen neemt als u dat zelf niet meer kunt. In de wet is geregeld dat uw echtgenoot, geregistreerd partner of levensgezel automatisch uw vertegenwoordiger is.
Is deze persoon er niet? Dan overlegt de arts met uw ouders of kinderen. Is ook dit niet mogelijk? Dan overlegt de arts met uw broers of zussen. U kunt ook zelf iemand aanwijzen als vertegenwoordiger. Bijvoorbeeld als u wel kinderen heeft, maar liever heeft dat uw zus beslist over uw behandeling. Is er door de rechtbank een curator of mentor aangewezen? Dan is deze persoon altijd uw vertegenwoordiger.
Niet-reanimeren penningAls u (ook) buiten het ziekenhuis niet gereanimeerd wilt worden, adviseren wij u een niet-reanimeren penning zichtbaar bij u te dragen. Bij het zien van deze penning zullen omstanders u niet reanimeren als u een hartstilstand krijgt. Een niet-reanimeren penning is verkrijgbaar bij de Nederlandse Patiëntenfederatie (
www.patiëntenfederatie.nl).
Meer informatieHeeft u vragen? Stelt u deze dan gerust aan uw arts.