AlgemeenDeze folder is bedoeld voor mensen met slikproblemen en voor hun familieleden. In deze folder leest u hoe het komt dat iemand zich verslikt, wat de risico's van verslikken zijn en wat de logopedist en diëtist kunnen doen. Verder leest u wat u zelf kunt doen om zo veilig mogelijk te eten en drinken.
SlikkenSlikken is een ingewikkeld proces. Bij het slikken zijn veel spieren betrokken, zoals de lip-, tong- en wangspieren. Een gezond persoon kan slikken zonder erbij na te denken. We kauwen het eten en verzamelen het op de tong. Vervolgens vervoeren de tongspieren het eten of drinken naar de keel. Dan slikken we het eten of drinken door en komt het in de slokdarm terecht. Buiten de maaltijden om slikken we automatisch ongeveer één keer per minuut om het speeksel te verwijderen.
VerslikkenWanneer u zich verslikt, komt eten of drinken in uw luchtpijp in plaats van uw slokdarm terecht. Meestal krijgt u dan een hoestbui. Hoesten zorgt ervoor dat datgene wat in de luchtpijp is gekomen, als het ware 'wordt uitgeblazen'.
Risico'sAls u moeite hebt met hoesten of niet meer kunt hoesten, is het mogelijk dat er voedsel in uw longen terechtkomt. Dit kan een longontsteking veroorzaken. Soms is dit levensbedreigend. Ook is er kans op verstikking. U kunt zich verslikken zonder dat anderen het opmerken.
Ontstaan van slikproblemenSlikproblemen kunnen ontstaan door:
- ouderdom. Hierdoor kunnen de spieren verzwakken, waardoor u het eten minder goed kunt kauwen en het doorslikken slechter lukt. Soms gaat het kauwen moeilijker door een slecht gebit of kunstgebit.
- ziekten van het zenuwstelsel, bijvoorbeeld een beroerte, de ziekte van Parkinson of dementie. Deze ziekten kunnen de gevoeligheid in de mond verminderen, waardoor u minder goed voelt wat er in uw mond of keel gebeurt. Iemand met dementie kan bijvoorbeeld vergeten dat er voedsel in zijn mond zit.
- medicijnen. Bepaalde medicijnen kunnen sufheid of een droge mond veroorzaken.
Verschijnselen van slikproblemenU hebt problemen met slikken als u last hebt van:
- verslikken tijdens eten of drinken (hoesten, rood worden, blauw aanlopen, traanogen krijgen);
- speeksel, eten of drinken dat uit uw mond loopt;
- het gevoel dat voedsel of medicijnen blijven steken in uw keel of slokdarm;
- voedselresten die achterblijven in uw mond;
- pijn tijdens kauwen of slikken.
Eventueel kunnen onderstaande verschijnselen ook duiden op slikproblemen:
- snel afvallen, mager worden;
- erg langzaam eten;
- geen trek hebben in eten en drinken;
- snel moe worden bij eten en drinken;
- eenzijdig eten, bijvoorbeeld voornamelijk pap.
Logopedist/diëtist De logopedist onderzoekt uw slikproblemen en bekijkt wat er moet gebeuren om veilig te kunnen slikken. Zij past, indien nodig, uw voeding aan en geeft dit door aan de medewerker Gastenservice en de verpleging.
Eventueel werkt de logopedist hierbij samen met een diëtist. De diëtist probeert uw voeding zo goed mogelijk aan te passen, waarbij zij ook rekening houdt met uw wensen. De verpleging en/of medewerker Gastenservice zorgt ervoor dat de voeding op de juiste manier wordt aangeboden en signaleert eventuele problemen.
Algemene adviezen bij slikproblemenAlgemene adviezen bij slikproblemen zijn:
- Wees bedacht op de gevolgen van verslikken: bijvoorbeeld longontsteking of verstikking.
- Overleg altijd met de logopedist, verpleging of medewerker Gastenservice wat u mag eten of drinken.
- Zorg ervoor dat u altijd goed rechtop zit tijdens eten en drinken (ook in bed).
- Let erop dat uw hoofd niet achterover hangt, maar houdt het goed rechtop, of zelfs iets naar voren gebogen.
- Zorg ervoor dat u niet afgeleid wordt tijdens het eten/drinken.
- Laat iemand wanneer hij zich verslikt, voorover buigen en uithoesten. Ga niet iemand tussen de schouders slaan.
- Haal hulp als iemand het benauwd krijgt.
Hoe gaan wij met uw vertrouwelijke gegevens om?
Zodra u zich meldt in het ziekenhuis, leggen wij persoonlijke gegevens over u digitaal vast. Die gegevens zijn geheim. Alleen de arts die u behandelt, de zorgverleners die bij uw behandeling betrokken zijn en uzelf mogen uw gegevens inzien. Het ziekenhuis is verplicht om de kwaliteit van zorg te bewaken en verbeteren. Daarom kan het nodig zijn om gegevens te verstrekken aan personen binnen of buiten het ziekenhuis. Het verstrekken van gegevens is aan wettelijke regels gebonden (zie het ‘Privacyreglement Patiënten’, vraag ernaar bij uw zorgverlener).
Wanneer zorgverleners van verschillende zorginstanties samenwerken bij uw behandeling, noemt men dit ketenzorg. Als het voor een goede behandeling of verzorging noodzakelijk is dat de zorgverleners uit de keten toegang hebben tot uw patiëntgegevens, dan is dit toegestaan. Dit is echter alleen toegestaan als u van tevoren duidelijk bent geïnformeerd over welke hulpverleners van welke zorginstanties deel uitmaken van deze keten en u hier geen bezwaar tegen heeft.
Daarnaast kunnen uw huisarts, de huisartsenpost en uw apotheker een samenvatting van uw medische gegevens inzien bij spoedeisende zorg buiten praktijkuren. Meer informatie kunt u lezen in de folder '
Uw rechten en plichten als patiënt'. Deze folder kunt u raadplegen op www.slingeland.nl.