Algemeen
Uw huisarts heeft u verwezen naar de TIA-polikliniek omdat u klachten heeft die mogelijk veroorzaakt zijn door een TIA (Transient Ischemic Attack). Het doel van uw bezoek aan de polikliniek is om na te gaan of u een TIA heeft gehad en om andere oorzaken uit te sluiten.
In deze folder leest u wat u kunt verwachten van uw bezoek aan de polikliniek. Realiseert u zich dat de informatie voor u persoonlijk anders kan zijn dan hier is beschreven.
Verschijnselen van een TIA
Bij een TIA is een bloedvat in uw hersenen kortdurend afgesloten. De afsluiting wordt veroorzaakt door een bloedprop. Die bloedprop lost weer op, waardoor de klachten vaak snel weer over zijn.
De drie meest voorkomende verschijnselen bij een TIA zijn:
- scheve mond: de mondhoek hangt plotseling naar beneden;
- verwarde spraak: u praat ineens verward of kunt woorden moeilijk uitspreken;
- lamme arm: plotseling ontstaat er krachtsverlies in of verlamming van een arm.
Verder komen de volgende verschijnselen voor:
- tijdelijk krachtsverlies in een been of een been is tijdelijk verlamd;
- tijdelijke gevoelsstoornissen;
- plotseling dubbelzien, slecht zien of tijdelijke blindheid aan één oog.
Een TIA kan een voorbode zijn voor een beroerte. Bij een beroerte wordt een bloedvat in de hersenen langdurig afgesloten, met ernstiger gevolgen.
De TIA-polikliniek
Meestal kunt u binnen één werkdag terecht op de TIA-polikliniek. De belangrijkste reden waarom wij u snel willen onderzoeken, is om na te gaan of er sprake is van een vernauwing van een bloedvat in de hals of een onregelmatige hartslag (boezemfibrilleren). Als er sprake is van een van deze oorzaken, kan een snelle behandeling de kans op een ernstige beroerte in de toekomst met 70 procent verminderen.
Tijdens uw bezoek aan de TIA-polikliniek krijgt u verschillende onderzoeken. Houdt u er rekening mee dat u ongeveer een halve dag in het ziekenhuis bent.
Voorbereiding
Neemt u het volgende mee naar uw afspraak in het ziekenhuis:
- een geldig legitimatiebewijs: paspoort, identiteitskaart, rijbewijs of vreemdelingenkaart. Komt u voor het eerst naar het Slingeland Ziekenhuis of zijn uw gegevens gewijzigd? Meldt u zich dan vóór uw afspraak bij de Inschrijfbalie in de centrale hal;
- uw verwijsbrief van de huisarts;
- uw actuele medicatieoverzicht. Dit overzicht is verkrijgbaar bij uw eigen apotheek.
Overige voorbereiding:
- Zorg ervoor dat iemand u naar het ziekenhuis kan brengen en ophalen of ga met het openbaar vervoer. Mensen die een TIA hebben gehad, mogen van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen tijdelijk niet autorijden (zie verderop).
- Draag geen coltrui en halssieraden in verband met het onderzoek van de bloedvaten in de hals.
- Bent u niet goed ter been? Neem dan iemand mee die u kan begeleiden in een rolstoel. Een rolstoel kunt u bij de ingang van het ziekenhuis lenen met een muntstuk van € 1.
Waar meldt u zich
Meldt u zich op de afgesproken tijd bij de secretaresse van de polikliniek Neurologie (begane grond, route 38). Hier krijgt u uitleg wat er precies gaat gebeuren.
Onderzoeken
U krijgt verschillende onderzoeken achter elkaar:
- Er wordt bloed afgenomen op het laboratorium Afname (begane grond, route 48).
- Een laborant maakt een hartfilmpje (ECG) op de polikliniek Cardiologie (eerste etage, route 58).
- Een CT-scan van uw hoofd wordt gemaakt op de Spoedeisende Hulp (souterrain, route 24).
- Om na te gaan of de bloedvaten van de hals goed doorgankelijk zijn, krijgt u een duplexonderzoek op de polikliniek Vaatchirurgie (souterrain, route 10).
- De neuroloog/verpleegkundig specialist stelt u een aantal vragen en doet lichamelijk onderzoek.
De volgorde van deze onderzoeken kan verschillen. De secretaresse van de polikliniek Neurologie vertelt u waar en in welke volgorde de onderzoeken plaatsvinden.
Meldt u zich voorafgaand aan ieder onderzoek bij de secretaresse van de betreffende afdeling.
Uitslag
De neuroloog/verpleegkundig specialist bespreekt met u de uitslagen van alle onderzoeken.
Behandelmogelijkheden
Als er sprake is van een TIA kan de neuroloog/verpleegkundig specialist antistollingsmedicijnen voorschrijven. Die zorgen ervoor dat bloedplaatjes minder snel samenklonteren. Soms zijn bloeddrukverlagende en/of cholesterolverlagende medicijnen nodig. Dit verkleint de kans dat er opnieuw een TIA of een beroerte ontstaat. Een gezonde leefstijl draagt ook bij aan het verkleinen van de kans op een TIA of beroerte. Eet gezond, gebruik weinig zout, rook niet, beweeg voldoende, zorg voor een gezond gewicht en drink niet meer dan 1 glas alcohol per dag.
Als de oorzaak van de TIA een ernstige slagaderverkalking in de halsslagader is, kan een operatie door de vaatchirurg nodig zijn om de vernauwing te verhelpen. Een andere mogelijkheid om een ernstig vernauwde halsslagader te verhelpen met een dotter- en stentbehandeling.
De neuroloog/verpleegkundig specialist bespreekt de verschillende behandelmogelijkheden met u.
Weer naar huis
Nadat u de uitslag van de onderzoeken heeft gekregen, kunt u naar huis.
Autorijden na een TIA
Personenauto’s en motoren (rijbewijs A, B of BE)
U mag de eerste 2 weken na het doormaken van een TIA geen auto- of motorrijden. Als er na 2 weken geen klachten aanwezig zijn die van invloed zijn op uw rijgeschiktheid, mag u weer autorijden. U heeft hiervoor goedkeuring nodig van een arts. De arts legt dit vast in uw medisch dossier. Uw rijbewijs blijft geldig tot de volgende verlenging, op voorwaarde dat u de ingezette behandeling volgt. Heeft u na 2 weken nog klachten die van invloed zijn op uw rijgeschiktheid? Dan mag u 3 maanden niet rijden. Na 3 maanden kunt u een Gezondheidsverklaring invullen. Het CBR onderzoekt dan of u veilig kunt rijden.
Beroepsmatig rijden (rijbewijs C, CE, D, DE)
Voor beroepschauffeurs (bijvoorbeeld taxichauffeur, vrachtwagenchauffeur of buschauffeur) gelden strengere regels. Als u beroepschauffeur bent, mag u 4 weken niet rijden. Wilt u na deze vier weken weer rijden? Dan raden wij u aan een Gezondheidsverklaring in te vullen. Het CBR onderzoekt dan of u veilig kunt rijden. Heeft u na 4 weken nog klachten die van invloed zijn op uw rijgeschiktheid? Dan mag u 3 maanden niet rijden. Na drie maanden kunt u de Gezondheidsverklaring invullen.
Meer informatie over autorijden na een TIAVoor meer informatie kunt u terecht bij het CBR:
www.cbr.nl of bel 088-227 77 00.
Vragen
Hoe gaan wij met uw vertrouwelijke gegevens om?
Zodra u zich meldt in het ziekenhuis, leggen wij persoonlijke gegevens over u digitaal vast. Die gegevens zijn geheim. Alleen de arts die u behandelt, de zorgverleners die bij uw behandeling betrokken zijn en uzelf mogen uw gegevens inzien. Het ziekenhuis is verplicht om de kwaliteit van zorg te bewaken en verbeteren. Daarom kan het nodig zijn om gegevens te verstrekken aan personen binnen of buiten het ziekenhuis. Het verstrekken van gegevens is aan wettelijke regels gebonden (zie het ‘Privacyreglement Patiënten’, vraag ernaar bij uw zorgverlener).
Wanneer zorgverleners van verschillende zorginstanties samenwerken bij uw behandeling, noemt men dit ketenzorg. Als het voor een goede behandeling of verzorging noodzakelijk is dat de zorgverleners uit de keten toegang hebben tot uw patiëntgegevens, dan is dit toegestaan. Dit is echter alleen toegestaan als u van tevoren duidelijk bent geïnformeerd over welke hulpverleners van welke zorginstanties deel uitmaken van deze keten en u hier geen bezwaar tegen heeft.
Daarnaast kunnen uw huisarts, de huisartsenpost en uw apotheker een samenvatting van uw medische gegevens inzien bij spoedeisende zorg buiten praktijkuren. Meer informatie kunt u lezen in de folder '
Uw rechten en plichten als patiënt'. Deze folder kunt u raadplegen op www.slingeland.nl.