Algemeen

U heeft een vergrote prostaat. Tijdens uw bezoek aan de polikliniek Urologie heeft de uroloog met u besproken dat u een operatie aan uw prostaat nodig heeft. Deze operatie heet ook wel een gedeeltelijke prostatectomie. In het Slingeland Ziekenhuis wordt deze operatie gedaan door middel van de Hryntschak methode.
In deze folder vindt u algemene informatie over deze operatie. Voor u persoonlijk kan de situatie anders zijn dan in de folder beschreven. Als dit zo is, bespreekt uw behandelend arts dit met u.

Wat is een vergrote prostaat?

De prostaat is een geslachtsklier die vlak onder de blaasuitgang om de plasbuis ligt. De prostaat is onderdeel van het mannelijke voortplantingsorgaan. Tijdens het klaarkomen scheidt de prostaat het prostaatvocht af, wat samen met de zaadcellen tot een zaadlozing wordt gevormd.

In de puberteit is de prostaat ongeveer zo groot als een kastanje. Bij de meeste mannen begint de prostaat rond het vijftigste levensjaar te groeien en kan zo groot worden als een pruim of zelfs een sinaasappel. De oorzaak daarvan is niet bekend, maar men neemt aan dat het te maken heeft met hormonale veranderingen op oudere leeftijd.

Een goedaardige vergroting van de prostaat kan leiden tot plasklachten. Klachten kunnen zijn:

• Verminderde urinestraal
• Moeite met opstarten van de straal bij plassen
• Nadruppelen
• Moeite om de plas bij aandrang op te kunnen houden
• Nachtelijk vaker plassen
• Het gevoel niet goed leeg te kunnen plassen

Soms kunnen ook urineweginfecties, niet meer kunnen plassen (urineretentie) of problemen met de nieren ontstaan, met name als de blaas zich niet goed leegt.
Een goedaardige vergroting van de prostaat heeft niets te maken met prostaatkanker.

Een vergrote prostaat behandelen

Wanneer de goedaardige prostaatvergroting leidt tot plasklachten, kan er behandeld worden door middel van therapie met medicijnen of een operatie. Wanneer de prostaat niet te groot is, kan deze worden 'leeggeschraapt' via de plasbuis (TURP). Bij u is de prostaat te groot om via de plasbuis te verwijderen. Daarom moet uw prostaat worden verwijderd via een buikoperatie (Hryntschak of 'open prostaatoperatie').

De behandeling

Voorbereiding

Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, meld dit dan van tevoren bij de uroloog. In overleg met de uroloog zult u het gebruik van deze medicijnen ruim voor de operatie moeten stoppen.

Urine afnemen

Een week voor de operatie moet uw urine worden nagekeken op een mogelijke infectie. Uw urine moet namelijk schoon zijn voor de operatie. U kunt de urine inleveren bij het laboratorium. U krijgt hiervoor een formulier.

Pre-operatief spreekuur

Zaadlozing

Na een prostaatoperatie is het vrijwel altijd zo dat sperma bij een zaadlozing niet meer naar buiten stroomt. Het zaadvocht neemt 'de weg van de minste weerstand'. Dit is na de prostaatoperatie in de richting van de blaas in plaats van naar buiten. Het sperma wordt later ongemerkt uitgeplast. Dit heet retrograde ejaculatie. Hierdoor kunt u waarschijnlijk geen kinderen meer verwekken via de natuurlijke weg. Heeft u een kinderwens? Bespreek dit dan vóór de ingreep met uw uroloog. Het gevoel tijdens het klaarkomen verandert niet door de operatie.

De operatie

Open prostatectomie betekent letterlijk het verwijderen van een gedeelte van de prostaat via een snede (10 tot 15 centimeter) in het midden van de onderbuik. Bij de methode van Hryntschak wordt het blokkerende prostaatweefsel via de blaas verwijderd. Dit doet de uroloog door met de wijsvinger het overtollige weefsel uit de prostaat weg te ‘pellen’. Er blijft een lege prostaatholte over. Het verwijderde weefsel wordt voor de zekerheid naar het laboratorium opgestuurd voor weefselonderzoek. De ingreep vindt plaats onder verdoving met een ruggenprik of onder algehele verdoving (narcose).

Na de operatie

Na de operatie blijft u 3 tot 4 dagen in het ziekenhuis.

U heeft u een wond op uw buik. Als het nodig is, zit er een drain in de wond om wondvocht af te voeren. De drain wordt in overleg met de uroloog verwijderd.
Ook heeft u een blaaskatheter, verbonden met een spoelsysteem. Met het spoelsysteem wordt de blaas gespoeld en wordt urine, bloed en spoelvocht afgevoerd naar een urine opvangzak. Als de urine helder is en blijft, wordt het spoelsysteem afgekoppeld. Blijft de urine dan ook helder, dan wordt de blaaskatheter ook verwijderd. Dit gaat in overleg met de uroloog.

U kunt last krijgen van blaaskrampen door de blaaskatheter. Blaaskrampen herkent u aan pijn in het puntje van de penis. Urine loopt dan langs de blaaskatheter in plaats van erdoor. Om dit te voorkomen of te verhelpen, moet u minimaal 2,5 liter per dag drinken.
Blijft u last houden van blaaskrampen, overleg dan met uw uroloog. De uroloog kan mogelijk medicatie voorschrijven tegen blaaskrampen.

De meeste patiënten ervaren na de ingreep een zeer snelle vermindering van de klachten en een verbetering van de urinestroom.

Weer naar huis

Na 3 tot 4 dagen mag u weer naar huis.

• Het is belangrijk dat u thuis voldoende drinkt. Drink 2 tot 2,5 liter per dag.
• U kunt tijdelijk urine-incontinent zijn. Vraag op de verpleegafdeling naar incontinentiemateriaal.
• U mag 6 weken niet fietsen.
• U mag 3 weken geen geslachtsgemeenschap hebben.
• U mag 3 weken geen alcohol drinken.
• Pers niet bij de ontlasting.

Complicaties

Mogelijke complicaties zijn:

• Tijdelijk urineverlies
• Nabloeding
• Moeilijk plassen

Neem bij problemen of vragen na uw opname in het ziekenhuis contact op met uw huisarts. Uw huisarts is op de hoogte van uw situatie. Indien nodig overlegt de huisarts met de specialist in het ziekenhuis. Buiten kantoortijden en in het weekend kunt u de huisartsenpost bellen.

Controle

Een controle bij de uroloog vindt plaats op afspraak.

Vragen

Heeft u nog vragen, stelt u ze dan bij uw bezoek aan de polikliniek of neem telefonisch contact met ons op. De polikliniek Urologie is op werkdagen van 08.30 tot 16.30 uur bereikbaar op telefoonnummer (0314) 32 95 72.