Algemeen
In deze folder leest u wat een Port-a-Cath is, hoe deze wordt geplaatst en gebruikt en welke leefregels er zijn als u weer thuis bent.
Port-a-Cath
Een Port-a-Cath is een hulpmiddel voor mensen die vaak een infuus nodig hebben. Het is een klein kastje dat de chirurg onder de huid plaatst. De bovenkant is afgesloten met een siliconenlaag. Aan de Port-a-Cath zit een katheter, een slangetje, vast (zie afbeelding 1). De katheter komt uit in een bloedvat, meestal onder het sleutelbeen (zie afbeelding 2).
Een arts of een daarvoor opgeleide verpleegkundige prikt met een speciale naald door het siliconen laagje van de Port-a-Cath. De medicijnen of vloeistoffen gaan via de Port-a-Cath naar de katheter en komen zo direct in het bloedvat. Een Port-a-Cath is bijvoorbeeld geschikt bij chemotherapie. Een Port-a-Cath voorkomt irritatie en beschadiging van bloedvaten. Ook mensen die 'moeilijk te prikken' zijn, hebben baat bij dit systeem.
De chirurg plaatst de Port-a-Cath onder de huid op uw borst net onder het sleutelbeen. Het kastje zit helemaal onder de huid. Van buitenaf is alleen een bobbel te zien.
| |
Afbeelding 1: Port-a-Cath met katheter | Afbeelding 2: katheter komt uit in bloedvat |
Inbrengen van de Port-a-Cath
De chirurg brengt de Port-a-Cath met een kleine operatie in. Het kan zijn dat de operatie door een andere chirurg wordt uitgevoerd dan de chirurg die u heeft gezien op de polikliniek.
De ingreep vindt plaats onder narcose. Na de ingreep kunt u dezelfde dag weer naar huis.
Voorbereiding
Hieronder leest u welke voorbereidingen u dient te treffen voor de ingreep.
Bloedverdunnende medicijnen
Indien u bloedverdunnende middelen gebruikt (zoals acenocoumarol, fenprocoumon, acetylsalicylzuur, ascal, plavix, fraxiparine, apixaban of rivaroxaban), overleg dan met uw arts of u een aantal dagen voor de ingreep moet stoppen met deze medicijnen.
Nuchter
Voor de ingreep moet u nuchter zijn. In een brief die u thuis gestuurd krijgt, staat vanaf wanneer u niet meer mag eten en drinken.
Vervoer
In verband met de narcose, mag u na de ingreep niet zelfstandig aan het verkeer deelnemen. Zorg ervoor dat iemand u naar huis kan brengen.
Nagelverzorging/sieraden
Zorgt u ervoor dat uw nagels kort, schoon en zonder nagellak zijn als u geopereerd wordt. Dit is belangrijk om infecties te voorkomen. Ook kan het operatieteam aan de hand van uw nagels controleren hoe het zuurstofgehalte in uw bloed is. Kunstnagels hoeft u niet te verwijderen, maar meld het wel aan de verpleegkundige als u deze heeft.
Doet u uw sieraden (zoals ringen en piercings) thuis alvast af. Om infecties en ander letsel te voorkomen, mag u deze niet dragen tijdens de operatie. Vanwege uw veiligheid mag u tijdens de operatie ook geen bril, lenzen, gebitsprothese, gehoorapparaat en make-up dragen.
Melden
Meldt u zich op het afgesproken tijdstip bij de medewerker van de receptie bij de hoofdingang. De medewerker van de receptie vertelt u waar u vervolgens wordt verwacht. Een verpleegkundige van de afdeling bespreekt met u de gang van zaken rondom de ingreep.
De operatie
Via een kleine snee plaatst de chirurg de Port-a-Cath onder de huid boven de borstspier en brengt de katheter in in een ader onder uw sleutelbeen. De wond wordt meestal gehecht met zelfoplossende hechtingen. De operatie duur ongeveer een half uur.
Na de ingreep
De chirurg laat na de ingreep nog een röntgenfoto maken om te kijken of er geen complicatie is ontstaan. Als alles goed is en u zich goed voelt, kunt u na een paar uur weer naar huis. Na de ingreep kunt u een stijve hals hebben (door het liggen op operatietafel) of plaatselijk wat pijnklachten. U kunt hiervoor paracetamol innemen.
Als de wond geheeld is, is het kastje onder de huid goed te voelen. Dit doet geen pijn. U ziet een bobbel en een of twee kleine littekens.
Adviezen voor thuis
Neemt u de volgende adviezen in acht:
- Ga de eerste drie dagen na de ingreep niet in bad. U mag wel douchen mits u de wond goed afplakt met een douchepleister. Deze douchepleister (Tegaderm®) kunt u meevragen in het ziekenhuis. Als de wond is genezen, kunt u gewoon douchen en zwemmen.
- Beweeg uw arm de eerste dagen rustig, bewaak zelf uw pijngrens.
- Als de wond genezen is, is een verband of steriele pleister niet meer nodig.
- Als de wond genezen is, kunt u uw gewone bezigheden weer oppakken.
- U mag op de geopereerde zijde liggen.
- Het dragen van de autogordel kan even lastig zijn. U kunt een kussentje onder de gordel doen ter hoogte van uw buik.
U ontvangt een implantatiebewijs. Daarop staan technische gegevens die van belang zijn indien er iets aan de hand is. Wij adviseren u dit bewijs altijd bij u te dragen. Vraag ernaar als u het bewijs niet gekregen heeft.
U kunt zonder problemen door detectiepoortjes op bijvoorbeeld luchthavens.
Risico's en complicaties
Elke ingreep brengt risico's met zich mee. Complicaties die kunnen optreden na het inbrengen van de Port-a-Cath zijn:
- nabloeding;
- klaplong;
- infectie;
- trombose, meestal na weken tot maanden. Er kan een dikke arm (trombosearm) ontstaan.
Neem daarom contact op als:
- de pijnklachten aanhouden of verergeren;
- de wond niet goed sluit;
- de wond rood en opgezet is;
- u koorts krijgt;
- u zich niet lekker voelt;
- de arm aan de kant van de Port-a-Cath dik wordt.
Het is mogelijk dat de chirurg de Port-a-Cath dan verwijdert. Dit gebeurt onder plaatselijke verdoving.
Neem in bovenstaande gevallen contact op met:
- de secretaresse van de polikliniek Chirurgie, telefoonnummer (0314) 32 99 88 (binnen kantooruren);
- de dienstdoende arts, telefoonnummer (0314) 32 99 11 (buiten kantooruren).
Aanprikken
Een arts of verpleegkundige die daarvoor bevoegd is, prikt de Port-a-Cath aan. Diegene prikt met een speciale naald door de huid in de siliconenlaag om toegang te krijgen tot het systeem. Aangezien de naald door de huid geprikt wordt, zult u een prik voelen (zie afbeelding 3).
De medicijnen of vloeistoffen komen via de speciale naald in het reservoir en gaan via de katheter direct in de bloedbaan. Aan de naald zit het infuus gekoppeld (zie afbeelding 4).
Wanneer alle medicijnen of vloeistoffen zijn toegediend, wordt de naald verwijderd. Via de Port-a-Cath kan op indicatie ook bloed worden afgenomen. Dit gebeurt alleen door bevoegde personen en niet op het Laboratorium Afname.
|
|
Afbeelding 3: aanprikken van het systeem |
|
Afbeelding 4: injecteren systeem
Na elke behandeling spoelt een verpleegkundige de Port-a-Cath en de katheter door met een heparine oplossing. Dit voorkomt verstoppingen in de katheter.
Gebruiksduur
De Port-a-Cath moet minstens eens in de vier weken worden doorgespoeld. Waneer de Port-a-Cath langdurig niet gebruikt wordt, krijgt u een afspraak of kunt u zelf een afspraak maken om de Port-a-Cath door te laten spoelen. U kunt hiervoor contact opnemen met een medewerker van de Dagbehandeling Oncologie. Wij zijn op werkdagen bereikbaar van 08.30 tot 16.30 uur op telefoonnummer (0314) 32 97 46. Wordt de Port-a-Cath niet meer gebruikt, dan kunt u overwegen de Port-a-Cath te laten verwijderen. Dit gebeurt onder plaatselijke verdoving.
Vragen
Als u vragen of problemen heeft of als u aanvullende informatie wenst, kunt u contact opnemen met een verpleegkundige van het oncologisch spreekuur. De verpleegkundige is op werkdagen van 08.30 tot 09.00 uur bereikbaar op telefoonnummer (0314) 32 97 34. U kunt uw vragen ook stellen aan de (oncologie)verpleegkundige tijdens de behandeling.
Uw privacy en onze geheimhouding
Om u de beste zorg te kunnen geven, hebben wij gegevens van u nodig. Deze gegevens leggen wij digitaal vast en beveiligen wij goed. Wij gaan zorgvuldig om met deze gegevens en houden ons aan de wet- en regelgeving. Dit betekent onder andere dat al onze medewerkers een geheimhoudingsplicht hebben en u als patiënt recht heeft op privacy. Uitgebreide informatie over uw privacy, rechten en plichten vindt u in de folder ‘
Uw rechten en plichten als patiënt’. Deze folder kunt u raadplegen op
folders.slingeland.nl.