Deze folder geeft globale informatie over apraxie en is bedoeld als eerste informatie over apraxie in het ziekenhuis voor de CVA-patiënt en de direct betrokkenen (partner/naaste).
Wat is apraxie?
Door een beroerte/CVA (Cerebro Vasculair Accident) kan apraxie optreden. Dit is een stoornis die problemen geeft met het uitvoeren van handelingen die iemand voorheen goed kon uitvoeren. Bijvoorbeeld koffie zetten of aankleden.
Dit geeft problemen omdat diegene:
- geen idee heeft hoe hij/zij de handeling moet uitvoeren, of
- wel kan vertellen wat hij/zij wil doen en op welke manier, maar de handeling niet goed kan uitvoeren.
De problemen in het handelen doen zich niet altijd voor. Dit is onder andere afhankelijk van een aantal voorwaarden, zoals bekendheid met de activiteit en de situatie waarin de activiteit wordt uitgevoerd.
Na een CVA kunnen naast apraxie ook andere stoornissen optreden, zoals:
- een verlamming (parese);
- een waarnemingsstoornis (een hemianopsie of een neglect);
- een spraakstoornis (afasie);
- een stoornis in het herkennen (agnosie) van voorwerpen, personen, ruimtes etcetera.
Deze stoornissen staan los van de problemen die optreden bij apraxie.
Voor meer informatie over de verschijnselen na een CVA verwijzen wij u naar de folder 'Na een beroerte', uitgegeven door de Nederlandse Hartstichting. Deze folder is te downloaden van de website
www.hartstichting.nl.
Verschijnselen van apraxie
Apraxie kan zich op vele manieren uiten:
- Het moeilijk kunnen starten met een activiteit.
Bijvoorbeeld: men kan niet zelfstandig beginnen met afwassen terwijl men al wel voor het aanrecht staat. - Een activiteit uitstellen of vermijden.
Bijvoorbeeld: een activiteit die men moeilijk vindt, bijvoorbeeld koffie zetten, laat men al snel aan de partner over of men stelt het uit.
- Onhandig omgaan met bekende voorwerpen.
Bijvoorbeeld: men probeert meerdere malen de boterham door te snijden terwijl men het mes met de zijkant naar boven vasthoudt. - Deelhandelingen vergeten.
Bijvoorbeeld: men trekt een blouse aan en vergeet de blouse in de broek te stoppen of trekt een schoen aan maar strikt de veters niet. - Een verkeerde volgorde van handelingen.
Bijvoorbeeld: men trekt eerst de schoen aan en trekt dan de sok er overheen. - Een verkeerd gebruik van voorwerpen.
Bijvoorbeeld: men kamt de haren met een tandenborstel. - Een gedeelte van de handeling uitvoeren.
Bijvoorbeeld: men brengt een kopje naar de mond, maar kantelt het kopje niet. - Een beweging onnodig blijven herhalen.
Bijvoorbeeld: men blijft een kopje afdrogen terwijl het kopje al droog is.
Adviezen voor de partner/naaste van een CVA-patiënt met apraxie
Ondersteunen bij dagelijkse activiteiten
Als uw partner/naaste apraxie heeft en u wilt hem/haar ondersteunen bij het uitvoeren van een activiteit, zijn er een aantal voorwaarden van belang. Hiermee kunt u rekening houden als u samen een activiteit gaat uitvoeren.
Uw partner/naaste dient:
- de activiteit zinvol te vinden;
- de activiteit te kunnen uitvoeren in de volgorde zoals hij/zij dat gewend is;
- de activiteit uit te voeren in een vertrouwde, bekende omgeving;
- voldoende tijd te hebben om de activiteit rustig te kunnen uitvoeren;
- de activiteit uit te voeren in een natuurlijke situatie, bijvoorbeeld het 's ochtends wassen in de badkamer.
Daarnaast moet de omgeving overzichtelijk en logisch ingedeeld zijn.
Manieren om te ondersteunen
Wat patiënten met een apraxie kan helpen, is dat de voorwerpen die nodig zijn worden klaargelegd, eventueel in de juiste volgorde. Daarnaast kunt u voorwerpen aangeven of per stap aangeven wat er gedaan moet worden.
Ergotherapie
De ergotherapeut kan helpen bij het zoeken naar oplossingen om activiteiten weer zo zelfstandig mogelijk te kunnen uitvoeren. De ergotherapeut brengt het leerproces op gang en begeleidt het op maat. Er wordt aanspraak gemaakt op de nog wel aanwezige leer- en handelingsmogelijkheden. Dit om de dagelijkse activiteiten, eventueel op een andere manier, weer uit te kunnen voeren. Soms lukt het niet om tot het niveau van geheel zelfstandig handelen te komen en zal hierbij hulp nodig zijn van de omgeving. De ergotherapeut adviseert dan de direct betrokkene(n) over de manier waarop ze kunnen ondersteunen. De ergotherapeut komt bij u thuis.
Een ergotherapeut bij u in de buurt kunt u vinden op
www.ergotherapie.nl.
Adressen
Hersenstichting Nederland
(070) 360 48 16
www.hersenstichting.nlErgotherapie Nederland
(030) 262 83 56
www.ergotherapie.nlNederlandse Hartstichting Infolijn
0900-3000300
www.hartstichting.nlDe Nederlandse CVA-vereniging Samen Verder
(088) 383 83 00
www.cva-vereniging.nlHarteraad
(088) 111 16 00
www.harteraad.nl
Geraadpleegde bronnen- Werkboek 'ergotherapie richtlijn voor diagnostiek en behandeling van apraxie bij CVA-clienten'
- Folder 'Praktisch omgaan met Apraxie'. Informatie voor mensen uit de directe omgeving van de CVA-patient met apraxie. Uitgegeven door Nederlandse Vereniging voor Ergotherapie en Hersenstichting Nederland.