Logo Slingeland Ziekenhuis.
 
Klik op deze knop om alle folders te doorzoeken.Zoek folders
Klik op deze knop om dit document te printen.Print pagina
Klik op deze knop om dit document als PDF te downloaden.Download PDF
Klik op deze knop om de tekstgrootte te vergroten.Grotere tekst
Klik op deze knop om de tekstgrootte te verkleinen.Kleinere tekst

PiMS folder informatie logo

Urologie

Verwijderen van een blaastumor via de plasbuis

Verwijderen van een blaastumor via de plasbuis

Transurethrale Resectie van een Blaastumor (TURB)

De knop om deze folder als favoriet te markerenFavorietDe knop om deze folder per email door te sturen.Stuur door

Algemeen

De uroloog heeft bij u een tumor in uw blaas gezien en geadviseerd om deze te verwijderen via de plasbuis. Het verwijderen van een blaastumor via de plasbuis wordt ook wel transurethrale resectie genoemd. Dit is een ingreep waarbij de uroloog via de plasbuis de tumor uit de blaas verwijdert met behulp van een elektrisch mesje.

Een tumor is een ander woord voor gezwel. Een tumor kan goedaardig of kwaadaardig zijn. Of de tumor in uw blaas goed- of kwaadaardig is, kan pas na de operatie worden vastgesteld.

In deze folder vindt u meer informatie over deze ingreep, de voorbereidingen, de nazorg en eventuele complicaties.

Voorbereiding


Centraal Planbureau

Wanneer de operatie gepland wordt, gaat u naar het Centraal Planbureau. Hier worden uw bloeddruk, hartslag, lengte en gewicht gemeten. Eventueel is er aanvullend onderzoek nodig, zoals een hartfilmpje of bloedprikken. Ook wordt u gevraagd om thuis een digitale vragenlijst in te vullen in het patiëntenportaal Mijn Slingeland. Het Centraal Planbureau maakt met u een afspraak voor de voorbereiding op de operatie. Deze voorbereiding kan een afspraak in het ziekenhuis op het Pre-operatief spreekuur of digitaal zijn. De keuze is afhankelijk van de operatie en uw gezondheidstoestand.

Afspraak op het pre-operatief spreekuur

Als de voorbereiding op uw operatie in het ziekenhuis plaatsvindt, heeft u een afspraak op het pre-operatief spreekuur. U heeft dan een gesprek met de apothekersassistent en de anesthesioloog. De apothekersassistent neemt uw medicijngebruik met u door. Neem voor deze afspraak altijd uw actuele medicatieoverzicht mee. Dit overzicht is verkrijgbaar bij uw eigen apotheek. De anesthesioloog bespreekt met u op welke manier u wordt verdoofd tijdens de operatie en met welke medicijnen u eventueel (tijdelijk) dient te stoppen.

Meer informatie over de manier van verdoven vindt u in de folder Anesthesie. Deze folder staat voor u klaar in Mijn Slingeland. Hier vindt u ook een instructievideo over de pre-operatieve voorbereiding.

De voorbereiding op uw ziekenhuisopname en uw eventuele nazorg ontvangt u digitaal via Mijn Slingeland of er wordt een telefonische afspraak met u gemaakt.

Digitale voorbereiding

Als de voorbereiding op uw operatie digitaal plaatsvindt, hoeft u niet naar het ziekenhuis voor het pre-operatief spreekuur. U ontvangt alle informatie via Mijn Slingeland. Daarna volgt er een telefonische afspraak met de apothekersassistent en indien nodig een telefonische afspraak met de anesthesioloog en de verpleegkundige.

Opname

Meldt u zich op het afgesproken tijdstip bij de medewerker van de receptie bij de hoofdingang. De medewerker vertelt u vervolgens waar u wordt verwacht.

De operatie

De anesthesioloog brengt u onder narcose of geeft u plaatselijke verdoving. Tijdens de ingreep ligt u op uw rug met opgetrokken benen in speciale beensteunen.

De uroloog brengt een hol instrument (een cystoscoop) in via de plasbuis tot in de blaas. Dit betekent dat u geen uitwendige operatiewond krijgt. De instrumentjes om te opereren brengt de uroloog via de cystoscoop in de blaas. Aan het uiteinde van de cystoscoop bevindt zich een camera. Op een monitor ziet de uroloog wat hij in de blaas doet.



cystoscoop bij een mancystoscoop bij een vrouw

De uroloog bekijkt de binnenkant van de blaas. Daarna wordt via de cystoscoop een dun metalen lusje in de blaas gebracht. Door dit lusje wordt elektrische stroom geleid. Het functioneert dan als een elektrisch mesje. Hiermee kan de tumor laagje voor laagje afgeschraapt worden. U voelt hier niets van.

Tijdens de operatie brengt de uroloog spoelvloeistof in de blaas. Zo zet de blaas uit en is alles goed zichtbaar voor de uroloog. Tussendoor wordt de blaas steeds geleegd, waarbij de losgemaakte tumordeeltjes mee naar buiten komen. Deze tumordeeltjes gaan naar het laboratorium en worden daar onderzocht.

Bij het weghalen van de tumor ontstaat een inwendige wond in de blaas. Eventuele bloedingen in de blaas kunnen dichtgeschroeid worden met het metalen lusje. Als de tumor verwijderd is, wordt de blaas nog een keer goed gespoeld. De uroloog laat een katheter achter in uw blaas.

Na de operatie


Pijn

Na de operatie kunt u pijn ervaren. U krijgt pijnstillers van de verpleegkundige. Geeft u het bij de verpleegkundige aan als u toch pijn blijft houden.

Bloed in urine

Na de operatie heeft u een wond in uw blaas. Het is dan ook normaal dat er na de operatie bloed in uw urine zit. De urine kan nog een aantal weken af en toe bloederig zijn. Soms zitten er ook stolsels bij.

Blaaskatheter

Na de ingreep heeft u een blaaskatheter. De katheter zorgt voor een goede afvoer van de urine. Ook kan het nodig zijn om de blaas te spoelen, bijvoorbeeld als er bloedstolsels aanwezig zijn. Wanneer uw urine weer helder is, wordt de katheter verwijderd. Dit is meestal één tot twee dagen na de operatie.

Blaasspoeling met cytostatica

Na verwijdering van de tumor is de kans tussen de 60 en 70% dat deze terugkomt. Om de kans hierop te verkleinen, is soms aanvullende behandeling nodig. De uroloog bespreekt met u of bij u aanvullende behandeling raadzaam is. Een aanvullende behandeling bestaat uit blaasspoelingen met cytostatica. Cytostatica remmen de celdeling. Hierdoor keert de tumor niet terug of duurt het langer voordat deze terugkeert.

Als u binnen 24 uur na de operatie de eerste cytostatica-spoeling krijgt, verkleint het risico op terugkeer met 50%. Blaasspoeling met cytostatica gebeurt via de blaaskatheter. Voor meer informatie hierover, leest u de folder 'Blaasspoelingen na een operatie'. Deze folder kunt u lezen op www.slingeland.nl.

Weer thuis

Meestal mag u de dag na de operatie weer naar huis. Voordat u naar huis mag, moet u goed kunnen plassen. Ook moet de urine helder zijn en moet u geen katheter meer nodig hebben.

Voor de eerste twee weken krijgt u leefregels mee. Deze zijn als volgt:Nadat u op controle bent geweest bij de uroloog kunt u deze activiteiten weer langzaam opbouwen.

Uitslag en controleafspraak

Ongeveer twee weken na de ingreep heeft u een controleafspraak op de polikliniek Urologie. Tijdens deze afspraak krijgt u de uitslag van het onderzoek van het verwijderde weefsel. Afhankelijk van de resultaten bespreekt de arts met u of vervolgonderzoek en/of behandeling nodig is.

De komende jaren krijgt u regelmatig een controle van uw blaas op de polikliniek Urologie.

Risico's en complicaties


Algemene complicaties

Bij elke ingreep kunnen complicaties optreden. Deze complicaties kunnen bestaan uit een infectie of nabloeding. Ook kunt u last hebben van koorts en/of buikpijn.

Lange termijn complicatie

De belangrijkste complicatie die op lange termijn kan optreden is een beschadigde plasbuis. Soms raakt de plasbuis beschadigd door wrijving van de instrumenten tijdens de operatie. Hierdoor kan later een vernauwing in de plasbuis ontstaan. Er is slechts een geringe kans dat een dergelijke plasbuisvernauwing ontstaat.

Contact opnemen

U dient contact op te nemen in de volgende gevallen:
Neem bij problemen of vragen na uw opname in het ziekenhuis contact op met uw huisarts. Uw huisarts is op de hoogte van uw situatie. Indien nodig overlegt de huisarts met de specialist in het ziekenhuis. Buiten kantoortijden en in het weekend kunt u de huisartsenpost bellen.

Tot slot

De informatie in deze folder is bedoeld als aanvulling op de gesprekken met uw uroloog. Realiseert u zich dat het precieze verloop van de behandeling per persoon kan verschillen.

Verhinderd

Bent u op het afgesproken tijdstip verhinderd, belt u dan zo snel mogelijk de polikliniek Urologie. Er kan dan nog een andere patiënt in uw plaats komen. Met u maken wij een nieuwe afspraak.

Vragen

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? De uroloog of verpleegkundige bespreekt ze graag met u tijdens één van uw afspraken. Het kan handig zijn uw vragen van tevoren op papier te zetten. Natuurlijk kunt u uw vragen ook telefonisch stellen op werkdagen tussen 8.30 en 16.30 uur. Het telefoonnummer van de polikliniek Urologie is (0314) 32 95 72.

Uw privacy en onze geheimhouding

Om u de beste zorg te kunnen geven, hebben wij gegevens van u nodig. Deze gegevens leggen wij digitaal vast en beveiligen wij goed. Wij gaan zorgvuldig om met deze gegevens en houden ons aan de wet- en regelgeving. Dit betekent onder andere dat al onze medewerkers een geheimhoudingsplicht hebben en u als patiënt recht heeft op privacy. Uitgebreide informatie over uw privacy, rechten en plichten vindt u in de folder ‘Uw rechten en plichten als patiënt’. Deze folder kunt u raadplegen op folders.slingeland.nl.


Foldernummer: 1647-jan 24