Logo Slingeland Ziekenhuis.
 
Klik op deze knop om alle folders te doorzoeken.Zoek folders
Klik op deze knop om dit document te printen.Print pagina
Klik op deze knop om dit document als PDF te downloaden.Download PDF
Klik op deze knop om de tekstgrootte te vergroten.Grotere tekst
Klik op deze knop om de tekstgrootte te verkleinen.Kleinere tekst

PiMS folder informatie logo

Longziekten

Bronchoscopie met een roesje

Bronchoscopie met een roesje

De knop om deze folder als favoriet te markerenFavorietDe knop om deze folder per email door te sturen.Stuur door
Algemeen
De longarts heeft met u afgesproken dat u binnenkort een bronchoscopie met een slaapmiddel krijgt. Door middel van een bronchoscopisch onderzoek kan de longarts het slijmvlies aan de binnenkant van uw luchtwegen nauwkeurig bekijken. Met een bronchoscopie kan een arts veel meer zien dan op een röntgenfoto of een longscan.

De longarts gebruikt voor dit onderzoek een bronchoscoop. Een bronchoscoop is een dun, buigzaam slangetje met aan het uiteinde een lampje en een heel kleine camera. Via de bronchoscoop kan de longarts eventueel een stukje weefsel (biopt) uitnemen. Ook kan het gebeuren dat u tijdens het onderzoek slijm ophoest. Dit slijm en het weefsel kan men verder onderzoeken.

In deze folder vindt u meer informatie over dit onderzoek, de voorbereidingen en aandachtspunten voor na het onderzoek.

Voorbereiding
Voor het onderzoek gelden de volgende voorbereidingen:

Nuchter blijven
Op de dag van het onderzoek dient u vanaf 00.00 uur 's nachts tot anderhalf uur na het onderzoek nuchter te blijven. Dat wil zeggen dat u gedurende deze tijd niet mag eten of drinken.

Codeïne-tabletten
U heeft van de longarts een recept voor codeïne-tabletten meegekregen. Deze kunt u ophalen bij de apotheek. Neem de tabletten 2 uur voor het onderzoek in met een slokje water. Deze tabletten zorgen ervoor dat u tijdens het onderzoek weinig zult hoesten.

Bloedverdunners

Als u bloedverdunnende middelen gebruikt, heeft de longarts al met u afgesproken wanneer u met deze medicijnen moet stoppen. Als u hiermee moet stoppen, dient u met de medewerkers van de Trombosedienst te overleggen wanneer en hoe u weer start met deze medicijnen.

Diabetes
Heeft u diabetes, dan dient u uw medicatie aan te passen. Bent u bij uw huisarts onder controle voor diabetes, dan kunt u contact opnemen met uw huisarts. Bent u onder controle bij de internist, dan kunt u bellen met de diabetesverpleegkundige op telefoonnummer (0314) 32 96 69. U kunt ook folders over het aanpassen van diabetesmedicatie raadplegen op www.slingeland.nl > Patiënteninfo > Folders (onder de zoekterm 'zelfregulatie').

Overige medicatie

Overige medicatie (ook longmedicatie die u moet inademen) kunt u gewoon gebruiken en indien nodig innemen met weinig water.

Kleding

We raden u aan makkelijk zittende kleding aan te trekken.

Vervoer
Zorg ervoor dat iemand u op de dag van het onderzoek op de heen- en terugweg kan begeleiden. U mag niet zelf rijden omdat u codeïne-tabletten heeft gebruikt en een slaapmiddel heeft gehad. Ook als u met openbaar vervoer reist, adviseren wij u om onder begeleiding te reizen.

Wat neemt u mee
Neemt u het volgende mee naar het ziekenhuis:


Voorafgaand aan het onderzoek
Voorafgaand aan het onderzoek wordt een infuusnaald in uw arm of hand ingebracht. Deze is bedoeld voor het geven van het slaapmiddel dat u later krijgt toegediend.

Vervolgens verdooft de longfunctieanalist uw keel. Dit gebeurt door middel van een spray en druppels achter in uw keel. Uw keel en luchtpijp blijven gewoon open zodat u kunt blijven ademhalen. Slikken kan echter moeilijker worden. U kunt het gevoel krijgen dat uw keel dik is.

Tijdens het onderzoek ligt u op uw rug op een behandeltafel of bed. U krijgt een bloeddrukband om uw arm en een knijpertje aan uw vinger. Hiermee meten we uw bloeddruk, hartslag en het zuurstofgehalte in uw bloed tijdens het onderzoek tot minimaal een uur na het onderzoek.

Vervolgens krijgt u het slaapmiddel toegediend via de infuusnaald. Afhankelijk van het soort slaapmiddel dat u krijgt, raakt u in meer of mindere mate in slaap en kunt u instructies wel of niet opvolgen. Sommige patiënten raken van het slaapmiddel niet echt in slaap, maar raken wel ontspannen. Het slaapmiddel kan ervoor zorgen dat u zich na afloop weinig tot niets meer kunt herinneren van het onderzoek.

Het onderzoek
Tijdens het onderzoek vertellen de longfunctieanalist, de longverpleegkundige en de longarts u steeds wat er gaat gebeuren.

De longarts brengt de bronchoscoop via uw mond, door de keelholte naar de luchtwegen. U kunt hierdoor een hoestprikkel krijgen. U mag in dat geval gewoon hoesten. Belangrijk is dat u zo ontspannen mogelijk blijft ademen. Het kan helpen uw handen op uw buik te leggen en u te concentreren op uw buikademhaling. Indien nodig kan de arts wat extra verdoving geven via de bronchoscoop. Een bronchoscopie doet geen pijn.

Zodra de bronchoscoop is ingebracht, krijgt u een bijtring tussen uw kaken. Dit dient ter bescherming van de bronchoscoop.
Door de bronchoscoop kan de longarts de luchtwegen heel nauwkeurig bekijken en zo nodig een kleine hoeveelheid vocht of weefsel wegnemen voor nader onderzoek.

Het totale onderzoek (inclusief voorbereiding en nazorg) duurt ongeveer 2½ uur.

De longarts vertelt u de voorlopige bevindingen direct na het onderzoek.

Na het onderzoek
Na de bronchoscopie heeft u een uur nodig om uit te slapen en goed wakker te worden. Dit gebeurt op een uitslaapkamer. U kunt na het onderzoek wat last hebben van heesheid. Dit gaat vanzelf over. Ook kunt u een klein beetje bloed ophoesten. Omdat uw keel na het onderzoek nog verdoofd is, kunt u zich snel verslikken. Daarom mag u niet direct eten en drinken. Na 1,5 uur krijgt u een slokje water. Gaat het slikken goed, dan kunt u weer eten en drinken.

Wanneer u goed wakker bent en goed kunt drinken, verwijdert de verpleegkundige de infuusnaald. Daarna kunt u naar huis.

De secretaresse heeft voor u een afspraak gemaakt met de longarts om de uitslag te bespreken.

De eerste 24 uur
Omdat u een slaapmiddel heeft gehad, raden wij u het ten zeerste af om de eerste 24 uur na het onderzoek:
De uitslag
De definitieve uitslag van het onderzoek krijgt u tijdens uw volgende afspraak met de longarts. De uitslag van het onderzoek is na ongeveer een week bekend.
Risico's en complicaties
Na het onderzoek kunt u last hebben van de volgende klachten (deze verdwijnen in de loop van de dag).
Bij patiënten met een slecht gebit kan in een enkel geval schade aan het gebit ontstaan door de bijtring.

Zoals bij iedere behandeling kunnen ook bij de bronchoscopie met een slaapmiddel complicaties optreden. Gelukkig komen deze niet vaak voor en kunnen ze meestal gemakkelijk verholpen of behandeld worden. Complicaties die kunnen voorkomen zijn:
Wanneer contact opnemen
U krijgt van de verpleegkundige een kaartje mee waarop staat wanneer u contact dient op te nemen, als u thuis klachten krijgt na het onderzoek.

Vragen

Heeft u nog vragen, stelt u ze dan bij uw bezoek aan de longarts of aan een van de medewerkers van de functieafdeling Longziekten. U kunt ook contact opnemen met de medewerkers van de polikliniek Longziekten. Zij zijn op werkdagen van 08.30 tot 16.30 uur bereikbaar op telefoonnummer (0314) 32 95 63.



Uw privacy en onze geheimhouding
Om u de beste zorg te kunnen geven, hebben wij gegevens van u nodig. Deze gegevens leggen wij digitaal vast en beveiligen wij goed. Wij gaan zorgvuldig om met deze gegevens en houden ons aan de wet- en regelgeving. Dit betekent onder andere dat al onze medewerkers een geheimhoudingsplicht hebben en u als patiënt recht heeft op privacy. Uitgebreide informatie over uw privacy, rechten en plichten vindt u in de folder ‘Uw rechten en plichten als patiënt’. Deze folder kunt u raadplegen op folders.slingeland.nl.



Foldernummer: 1880-sep-24